Buurtschap ’t Windas met een raadfoto
Het buurtschap ’t Windas in Kethel, een beetje een vergeten plekje in Kethel, maar het hoort wel degelijk bij Kethel en ook een zeer nuttige plek voor de waterhuishouding van Kethel. In 1651 werd de Kethelvaart gegraven in Kethel. Deze vaart liep van Ketheldorp aan het einde van de Kerklaan tot aan de Poldervaart bij ´t Windas. Een polderbestuur ter controle van de waterhuishouding is tot eind jaren vijftig in Kethel van onschatbare waarde geweest.
Allerhande vervoer vond plaats over het water van Poldervaart naar Kethelvaart. Door middel van een windas kon men van de hoger gelegen Poldervaart naar de Kethelvaart komen.
Voor het oversteken van de Poldervaart naar de Polderweg was er tot de jaren zestig uitsluitend een voetgangersbrug De Kwakel- of kippenbrug genoemd.
Nu bij het buurschap ’t Windas een prachtige doorgang naar wandel- en fietsgebied.
In het buurtschap ’t Windas woonden een paar kleine boeren, schippers en voermannen. In de jaren vijftig woonde ook de familie Peters in het buurtschap ’t Windas. Vader was Jan Peters en hij was brievenbesteller. Hij en zijn vrouw hadden meer dan 10 kinderen en via een collega kreeg ik een leuke groepsfoto van een deel van de familie Peters met daarbij op de foto nog een aantal andere kinderen. De foto is genomen waar nu het bord Windas staat en dateert van 1950/1952 met op de achtergrond rechts de huizen van ’t Windas en de huizen op de achtergrond, de horizontale lijn, dat is de Joppelaan. De familie Peters is eind jaren vijftig naar Schiedam verhuisd.
Groepsfoto op de Kerklaan bij ’t Windas, ik hoor graag als u meer weet te vertellen over de onbekende kinderen of verhalen over het buurtschap ’t Windas.
Van een bezoeker aan mijn website de ontbrekende namen bij de personen op de foto:
Jongen met de step is Krien Ham, daarnaast staat Annie Heijdra.
Eerste meisje van rechts: Corrie Ham, tweede meisje van rechts Greetje Heijdra en vierde meisje van rechts Nellie Ham.
Anja’s etalage in Kethel, vervolg
In deze herfstige tijden, denk je er gebeurt niets in Kethel, maar niets is minder waar.
Maak eens een ommetje door het dorp Kethel en blijf even stilstaan en genieten van Anja’s etalage in de Dorpsstraat, de voormalige opslagruimte van Piet van Beurden en dan word je blij.
Nu een tentoonstelling van uit hout gesneden dieren gemaakt door Piet Wijk
Piet Wijk is gepensioneerd landbouwer te Uithuizermeeden (Gr.) en heeft vanaf zijn jeugd dieren uit hout gesneden. Voor hem is onder meer de Franse beeldhouwer François Pompon een inspiratiebron. Veel van de dieren die hij snijdt en het hout dat hij gebruikt, komen in de natuur in zijn omgeving voor.
Kethel blijft toch een bijzonder dorp.
Monumenten en andere genoeglijke dingen bekijken in Kethel
Op 13 en 14 september 2014 is het weekend van de open monumenten en hiervoor zijn erg leuke dingen georganiseerd. Maar mocht je zelf op stap willen gaan en mijn monumentale dorp Kethel willen bezoeken, komt hier een voorzet:
We beginnen bij mijn inspirator voor oud Kethel Jaap de Raat (1916-1996), zijn geboortehuis aan de Harreweg 19 , er wordt beweerd, dat het de oudste boerderij van Kethel is. Thans voorlichtingscentrum De Groene Raat
We gaan nu richting het dorp en zien aan ons linkerhand een mooi inrijhek met een prachtig opschrift:
Voordat je het Noordeinde nadert, rechts het Bospad in waarbij je even stil moet staan bij Het Laantje van Rip, ooit een bijnaam en in 2012 een officiële benaming gekregen
Lopen door het Noordeinde, waar wij in het verleden op weg gingen naar de kermis en menig versierde tilbury doorheen reed, maar ook de boerenkarren en de zondagse koetsen op weg naar de kerk
Aangekomen in het dorp, laven we ons bij de dorpspomp en kijken we terwijl naar de aloude herberg De Vergulde Valck, waar nu het Kethelhuis een prachtig cadeauwinkeltje met de mogelijkheid om thee te drinken in de paardenstal
De Schiedamseweg 1, ooit de winkel en het woonhuis van pakloper J.J. Verspeek, bekijk het eens goed en ontdek:
In deze monumentale reis gaan we richting Kerkweg, maar voordat we op deze weg belanden, heet het eerst de Dorpsstraat. De huizenrij links zijn rijksmonumenten en rechts even stilstaan bij Anja’s etalage, in de volledig gerestaureerde winkel van wagenmaker van Beurden, zijn in deze etalage wisseltentoonstellingen te zien.
Richting Kerkweg aan je rechterhand de pastorie van de hervormde kerk, een monumentaal pand van de architect J.C. Jesse. Het pand wordt nu weer opgeknapt, omdat er een nieuwe dominee komt, wat dorpelingen mij vertelde.
Op de punt links is het huis van de eerste dorps chirurgijn. Of het nu Dorpsstraat heet of Kerkweg het is mij om het even, maar een herkenbaar stukje Kethel
In de verte zien we de Sint Jacobuskerk en als je op zondagmiddag 14 september Kethel bezoekt, dan is de kerk open voor publiek, maar ook toeschouwer of zelfs deelnemer zijn van het Nederlands Kampioenschap Tonnetjesteken 2014
Mocht je vragen, opmerkingen of wat dan ook hebben, reageer gerust en anders fijne monumentendagen.
Geertruida Rip (1859-1889)
Met een familiereünie in het vooruitzicht ga je in wat oude familiegegevens zitten neuzen en dan kom ik een bijzondere vrouw tegen.
Geertruida Rip, de oudste zus van mijn opa Arie.
Geertruida werd op 20 mei 1859 geboren in de boerderij, toen nog Dorpsstraat wijk A nummer 57 in Kethel. Haar vader Willem en moeder Adriana kregen daarna nog 6 kinderen, waarvan 1 kind maar een dag heeft geleefd. Mijn opa Arie werd 13 jaar later geboren en hij werd later boer en eigenaar van de boerderij.
Geertruida trouwt op 21 jarige leeftijd met Willem Verboon. Maar als Geertruida 30 jaar is overlijdt haar vader en als oudste met nog minderjarige zussen en broers wordt er een boedelbeschrijving gemaakt door notaris Poortman uit Schiedam.
Uit deze boedelbeschrijving van 4 september 1889 ga ik het goud- en zilverwerk benoemen. In het prachtige kapje wat Geertruida op de foto op heeft zitten een paar sieraden die in de boedelbeschrijving beschreven zijn:
Een zilveren hoofdijzer met gouden boeken en dito belletjes, ter waarde van twintig gulden.
De overige sieraden zal ik voor de volledigheid noemen:
- een flacon met zilveren stop 0,40 cent
- een beugeltasch met zilver 8 gulden
- een zilveren ketting met sleutel, wegende acht en vijftig gram 3 gulden en 19 cent
- een zilveren snuifdoos, wegende vijf en veertig gram 2 gulden en 47 cent
- twee gouden spelden met steentjes, 4 gulden
- twee gouden ringen voor het haar, 2 gulden
- twee zilveren bellen met steentjes, 1 gulden
- twee zilveren spelden, wegend vijf gram, 0,275 cent
- een zilveren horloge, 1 gulden en 50 cent
De beesten, de voorraad hooi en landerijen leverden in die tijd meer op dan het goud en zilver, beschrijft de boedelbeschrijving.
Na het intensief bekijken van de foto van Geertruida had ik haar graag leren kennen, zij ziet er wat zorgelijk maar ingetogen en sterk uit.
Artikel 1e Verspeekpomp in Kethel gepubliceerd
Ga je je binnenkort laven bij de 2e Verspeek-pomp in het midden van het dorp Kethel, dan vraag je je toch af : ‘Hoe kwam de 1e Verspeek-pomp tot stand in Kethel?‘
In het juni nummer Scyedam van de Historische Vereniging Schiedam is een artikel te vinden over de 1e Verspeek-pomp in Kethel. Als je lid bent van de Historische Vereniging Schiedam dan krijg je het blad automatisch in je brievenbus. Mocht je een exemplaar willen kopen, kom naar het bezoekerscentrum aan de Hoogstraat 74 in Schiedam, geopend op vrijdag van 13.00 tot 15.00 uur of zaterdag van 11.00 tot 16.00 uur.
Je kan het blad ook bij mij bestellen en volgens mij ook kopen bij onze boekhandelaar Post Scriptum op het Hof van Spaland. Het kost 5 euro.
Herinneringen aan de Kandelaarweg
Al heel lang het voornemen gehad om iets te schrijven over het stukje niemandsland uit mijn verleden: de Kandelaarweg waar ik als kind dikwijls naar tante Mien fietste. Op mijn vrije dag en schitterend weer een nostalgische fietstocht gemaakt naar de Kandelaar.
Je gaat vanaf het dorp Kethel de Kerkweg op, je komt langs het buurtschap Kethel Noord met aan je linkerhand de prachtige Sint Jacobuskerk,.maar je gaat rechtdoor de spoorlijn over en dan wordt de Kerkweg de Kandelaarweg. In mijn jeugd had je direct over de onbewaakte spoorlijn het spoorhuis, waar de familie Hoefman woonden. Het volgende pand op nummer 6, dat was de boerderij van mijn tante Mien en oom Dirk, waar de thee met een eigen gebakken koekje altijd klaarstond. Tante Mien vertelde dat zij in 1932 trouwde, zonder water en licht in de boerderij ging wonen en dat het gebied tot en met het buurtschap de Kandelaar bij Kethel hoorde. Het gebied na de spoorlijn in augustus 1941 bij Rotterdam kwam. Zij was er verdrietig om, omdat zij een geboren en getogen Kethelse was en nog steeds een paar honderd meter van Kethel woonde.
Nu is dit gebied een recreatiegebied met viswater en picknickplekken.
We gaan verder en links in het land daar lag en ligt nog steeds de het onderste deel van de oude Zuidmolen. De Zuidmolen is in 1884 buiten gebruik gesteld aan de schepradzijde links was het muurwerk voor een deel verwijderd waardoor een typische overkapping is ontstaan.
Een aantal jaren geleden werd de Zuidmolen gesloopt, de woning beantwoordde niet meer aan de huidige woonvoorschriften, maar op dezelfde plaats is nu de nieuwe Zuidmolen verschenen, waar men naar het zich laat zien prettig kan wonen en op een mooi stukje Kandelaarweg woont. De bewoners hebben zelfs de naam Zuydmolen op hun woning gezet.
Op mijn fietstocht naar de Kandelaar gekeken waar ik vroeger bij het overzetpunt de Schie overgezet werd om op visite bij mijn oma te gaan die ‘op Akkersdijk’ woonde. Het overzetveer is er niet meer, daarvoor is verderop een loop en fietsbrug over de Schie gekomen.
Maar even over de Schie naar Kethel en Overschie turen lukt nog altijd.
De gezondheidszorg van Kethel in het verleden
De wandeltocht door Kethel met de huisartsengroep van de Kerklaan inspireerde mij om de geschiedenis van de huisartsen en de daarmee samenhangende gezondheidszorg in Kethel eens op een rijtje te zetten.
In 1700 werd er gesproken over de heelmeesters of de chirurgijn. Voor het eerst in Kethel komen we in 1720 de naam Jan Wittel als chirurgijn tegen, zijn opvolger Adriaen van Neck (1734), daarna in 1757 Wijnand van Barneveld, hij deed ook knippen en scheren oftewel de ‘baardenschrapper’. In 1804 Cornelis van der Snoek, zijn opvolger was S. de Klerck, maar helaas werd zijn contract niet verlengd, want hij keek nog wel eens ‘te diep in het glaasje’. In 1832 vestigde heel- en vroedmeester Joh. de Ronde zich in Kethel en zijn huis kunnen we nog steeds bewonderen als we vanaf de Kerkweg Kethel binnenkomen aan de rechterkant.
Eind 1800 wordt het toch tijd dat er een afgestudeerd huisarts in Kethel komt, het is lastig want menig arts wil zijn carrière niet beginnen in een dorp. Maar op 18 januari 1896 volgt de benoeming van Gabriel Sauer, geboren in Wemeldingen. Hij trouwt in Kethel met de dochter van graanmolenaar Bregman, Dirkje. Als voorwaarde stelde dokter Sauer dat er een behoorlijk doktershuis voor hem zou komen. In 1899 betrekt hij de woning in het Noordeinde waar hij ook zijn huisartsenpraktijk uitoefende, waaronder ook het trekken van tanden en kiezen.
In 1938 overleed dokter Sauer en zijn opvolger is de Rotterdamse huisarts Piet van der Kuij, hij betrok met zijn vrouw de dokterswoning waar ook hij praktijk hield. Piet van der Kuij had niet het idee lang in Kethel te blijven, een paar jaar ervaring opdoen in het dorp en dan naar een mooie gemeente elders. Het liep anders de oorlog kwam er tussen en na die tijd was hij verknocht aan Kethel en is hij tot zijn dood in 1970 in Kethel gebleven. Zijn graf kan men nog altijd bezoeken op de begraafplaats van de Hervormde Kerk in Kethel. De opvolger van dokter van Kuij was Ruud van der Veer, een vooruitstrevende arts en hij bracht vele vernieuwingen aan, zijn spreekuur ging op afspraak en hij verhuisde al snel met de praktijk naar de Schiedamseweg en ging al spoedig samenwerken met een ‘vrouwelijke’ arts mevrouw van Hasselt-van den Berg, wat menig dorpspraatje opleverde.
Eind jaren tachtig stopte dokter van de Veer met werken en volgde dokter de Rijcke hem op. De huisartsenpraktijk aan de Schiedamseweg werd te klein en er werden andere eisen gesteld aan een groepspraktijk. De praktijk verhuisde naar de Kerklaan, een multifunctioneel gebouw en waar wij als bekende nog steeds, na bijna 25 jaar, dokter de Rijcke tegenkomen. Waar nu de groepspraktijk was voor de jaren vijftig uitsluitend de Kethelvaart en daaromheen de landerijen van de boeren in Kethel.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.